
En met deze verzen hebben we onze negen laatstejaars uitgewuifd:
VERZEN VOOR DE LAATSTEJAARS
JUNI 2025
ANNA (door Evi)
Anna met haar schalkse lach
en dito blik, heeft dag na dag
aan inspiratie geen gebrek
voor menig lang en diep gesprek
- met buur Mathis, Chloé of Nils
beoefent zij haar kwetterskills.
Toch blijft zij, als ze weer apert
aan ‘t kletsen is, ook zeer alert,
waardoor ze elke leraar klist
zodra die zich, alwéér, vergist!
MATHIS (door Albrecht)
Mathis, judoka, sterke vent,
veegt zonder moeite een docent
die wijst op fouten op zijn blad
met donderblikken van de mat.
Soms slaakt hij ook een groot geluid,
een kreet waar ieder oor van tuit,
wat lijkend op wat wordt gehoord
bij hooligans van Feyenoord.
Hij stamelt echter en verbleekt
zodra Ageeth van Ajax spreekt!
PEDRO (door Foppe)
Een les met Pedro is een feest:
‘t geknetter van zijn scherpe geest
steekt samen met zijn kibbeldrang
vaak menig lang debat in gang.
Hij geeft daarbij het volle pond
en praat dan sneller dan zijn mond
hem volgen kan, hij spreekt met gloed
- zoals een Portugees dat doet?
Zijn taal heeft echt iets aangenaams,
iets anders, zachters, ja: iets Vlaams!
CHLOÉ (door Evi)
Bij Chloés chronisch slappe lach
geraken leraars soms van slag:
we denken met een diepe frons,
die slappe lach, ligt die aan ons?
Ze heeft een soort besef van tijd
dat anders is, dat haar soms scheidt
van ons, zoals die keer: wij op de bus,
op uitstap, zij… wel, elders, dus.
We nemen dat nooit kwalijk, want
daarvoor is Chloé té charmant!
LOUKA (door Albrecht)
Louka is een fijne knaap,
steeds recht door zee en voor de raap:
bevalt hem soms iets niet, dan gaan
z’n ogen heel erg donker staan,
maar zijn de zaken uitgeklaard,
dan blijkt al gauw zijn ware aard:
hij is begaan met ieders goed,
wat ieder hier beamen moet,
al zeker Koen, die met hem lift,
ja, Louka is voorwaar een gift,
een toonbeeld, ook, van waar je raakt
wanneer je ergens werk van maakt!
KOEN (door Foppe)
Koen gaat graag op avontuur
in eigen hoofd, voor lange duur
verwijlt hij, enigszins astraal,
in sferen, ver van ‘t klaslokaal.
Maar als hij weer op aarde landt
en zich tot sprekens toe vermant,
dan spreekt de knaap die noester
zwijgen kan dan menig oester
een Nederlands zo gaaf en goed
dat Albrecht ervan huilen moet.
LUKA (door Evi)
Als Luka straks te kaap’ren vaart,
ontbreekt hem enkel nog de baard,
want al de rest heeft hij gereed:
ambitie bij de vloot, euh, vleet,
een stem die draagt van dek tot ruim,
de zin in zeeën, goede luim,
‘t vertrouwen in een goede loop,
zijn sterke bril als telescoop
en wereldwijsheid o zo groot,
nee, niemand neemt hem in de boot!
RAPHAËL (door Albrecht)
Raphaël is diepe grond,
dus stil, hij opent pas zijn mond,
wanneer hij iets te zeggen heeft,
en dan, dan merk je wat er leeft
in Raphaëls precieuze geest:
verfijnd begrip van wat hij leest,
bijvoorbeeld. Neem nu Lucebert,
voor velen onbestemde snert,
daar vindt hij met zijn geesteskracht
toch zin in, ja, voorwaar, zelfs pracht!
NILS (door Foppe)
Nils vertoont de grootste vlijt,
dat is een onbetwistbaar feit,
als brenger van de goede sfeer.
En gaat dat dan al eens een keer
ten koste van zijn resultaat,
toch blijft de lach op zijn gelaat.
Hij is in ruime zin sportief,
met name voetbal heeft hij lief,
dus erg vindt hij het zeker niet
als wij besluiten met dit lied:
‘Hand in hand kameraden
Hand in hand voor Feyenoord 1
Geen woorden maar daden
Leve Feyenoord 1’